Selected

Original Text
Salomo Keyzer

Available Translations

13 Ar-Ra`d ٱلرَّعْد

< Previous   43 Āyah   The Thunder      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

13:5 ۞ وَإِن تَعْجَبْ فَعَجَبٌ قَوْلُهُمْ أَءِذَا كُنَّا تُرَٰبًا أَءِنَّا لَفِى خَلْقٍ جَدِيدٍ ۗ أُو۟لَـٰٓئِكَ ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ بِرَبِّهِمْ ۖ وَأُو۟لَـٰٓئِكَ ٱلْأَغْلَـٰلُ فِىٓ أَعْنَاقِهِمْ ۖ وَأُو۟لَـٰٓئِكَ أَصْحَـٰبُ ٱلنَّارِ ۖ هُمْ فِيهَا خَـٰلِدُونَ
13:5 Indien gij u verwondert, dat de ongeloovigen de opstanding loochenen, dan moet gij u zekerlijk verwonderen als zij zeggen: Nadat wij tot niet zijn veranderd, zullen wij dan tot een nieuw schepsel worden gevormd? Zij zijn het die niet in hunnen Heer gelooven; zij zullen banden om hunne halzen hebben, en deze zullen de bewoners der hel zijn; daar zullen zij eeuwig verblijven. - Salomo Keyzer (Dutch)