Selected

Original Text
Salomo Keyzer

Available Translations

30 Ar-Rūm ٱلرُّوم

< Previous   60 Āyah   The Romans      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

30:9 أَوَلَمْ يَسِيرُوا۟ فِى ٱلْأَرْضِ فَيَنظُرُوا۟ كَيْفَ كَانَ عَـٰقِبَةُ ٱلَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ ۚ كَانُوٓا۟ أَشَدَّ مِنْهُمْ قُوَّةً وَأَثَارُوا۟ ٱلْأَرْضَ وَعَمَرُوهَآ أَكْثَرَ مِمَّا عَمَرُوهَا وَجَآءَتْهُمْ رُسُلُهُم بِٱلْبَيِّنَـٰتِ ۖ فَمَا كَانَ ٱللَّهُ لِيَظْلِمَهُمْ وَلَـٰكِن كَانُوٓا۟ أَنفُسَهُمْ يَظْلِمُونَ
30:9 Gaan zij niet over de aarde, en zien zij niet wat het einde was van degenen die hen voorafgingen? Deze overtroffen de bewoners van Mekka in kracht, braken de aarde open en woonden daar in grooteren overvloed en voorspoed dan zij; en hunne gezanten kwamen met duidelijke wonderen tot hen, en God was niet geneigd, hen onrechtvaardig te behandelen; maar zij mishandelden hunne eigene zielen door hun hardnekkig ongeloof. - Salomo Keyzer (Dutch)