Selected

Original Text
Fred Leemhuis

Available Translations

61 Aş-Şaf ٱلصَّفّ

< Previous   14 Āyah   The Ranks      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

61:5 وَإِذْ قَالَ مُوسَىٰ لِقَوْمِهِۦ يَـٰقَوْمِ لِمَ تُؤْذُونَنِى وَقَد تَّعْلَمُونَ أَنِّى رَسُولُ ٱللَّهِ إِلَيْكُمْ ۖ فَلَمَّا زَاغُوٓا۟ أَزَاغَ ٱللَّهُ قُلُوبَهُمْ ۚ وَٱللَّهُ لَا يَهْدِى ٱلْقَوْمَ ٱلْفَـٰسِقِينَ
61:5 Toen Moesa tot zijn volk zei: "Mijn volk! Waarom vallen jullie mij lastig. Jullie weten toch dat ik de gezant van God bij jullie ben." Maar toen zij naar het verkeerde neigden, liet God hun harten naar het verkeerde neigen. God wijst de verdorven mensen de goede richting niet. - Fred Leemhuis (Dutch)