Selected

Original Text
Sofian S. Siregar

Available Translations

69 Al-Ĥāqqah ٱلْحَاقَّة

< Previous   52 Āyah   The Reality      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

69:1 ٱلْحَآقَّةُ
69:1 De verwezenlijking (de Dag der Opstanding). - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:2 مَا ٱلْحَآقَّةُ
69:2 Wat is de verwezenlijking? - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:3 وَمَآ أَدْرَىٰكَ مَا ٱلْحَآقَّةُ
69:3 En wat doet jou weten wat de verwezenlijking is? - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:4 كَذَّبَتْ ثَمُودُ وَعَادٌۢ بِٱلْقَارِعَةِ
69:4 De Tsamôed en de 'Âd loochenden de ramp (de Dag der Opstanding). - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:5 فَأَمَّا ثَمُودُ فَأُهْلِكُوا۟ بِٱلطَّاغِيَةِ
69:5 Wat de Tsmôed betreft: zij werden vernietigd door een geweldige kracht. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:6 وَأَمَّا عَادٌ فَأُهْلِكُوا۟ بِرِيحٍ صَرْصَرٍ عَاتِيَةٍ
69:6 En wat betreft de 'Âd: zij werden vernietigd door een razende, beukende wind. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:7 سَخَّرَهَا عَلَيْهِمْ سَبْعَ لَيَالٍ وَثَمَـٰنِيَةَ أَيَّامٍ حُسُومًا فَتَرَى ٱلْقَوْمَ فِيهَا صَرْعَىٰ كَأَنَّهُمْ أَعْجَازُ نَخْلٍ خَاوِيَةٍ
69:7 Hij (Allah) liet haar tegen hen woeden, gedurende zeven nachten en acht dagen, achtereenvolgend, waarop jij het volk daar had kunnen zien liggen, alsof zij geveld waren als palmstammen. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:8 فَهَلْ تَرَىٰ لَهُم مِّنۢ بَاقِيَةٍ
69:8 Zie jij dan nog iemand van hen die is overgebleven? - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:9 وَجَآءَ فِرْعَوْنُ وَمَن قَبْلَهُۥ وَٱلْمُؤْتَفِكَـٰتُ بِٱلْخَاطِئَةِ
69:9 En Fir'aun en degenen die er vóór hem waren en de (bewoners van) de op hun fundamenten gekeerde steden pleegden grote zonden. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:10 فَعَصَوْا۟ رَسُولَ رَبِّهِمْ فَأَخَذَهُمْ أَخْذَةً رَّابِيَةً
69:10 En zij waren ongehoorzaam aan de Boodschapper van hun Heer. Toen groep Hij hen met een krachtige bestraffing. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:11 إِنَّا لَمَّا طَغَا ٱلْمَآءُ حَمَلْنَـٰكُمْ فِى ٱلْجَارِيَةِ
69:11 Voorwaar, toen het water overstroomde, droegen Wij jullie (voorvader Nôeh en zijn familie) in het vaartuig (de ark). - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:12 لِنَجْعَلَهَا لَكُمْ تَذْكِرَةً وَتَعِيَهَآ أُذُنٌ وَٰعِيَةٌ
69:12 Opdat Wij dit voor jullie tot een vermaning zouden maken en opdat een aandachtig oor er aandacht aan zou schenken. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:13 فَإِذَا نُفِخَ فِى ٱلصُّورِ نَفْخَةٌ وَٰحِدَةٌ
69:13 Wanneer dan op de bazuin geblazen wordt met één stoot. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:14 وَحُمِلَتِ ٱلْأَرْضُ وَٱلْجِبَالُ فَدُكَّتَا دَكَّةً وَٰحِدَةً
69:14 En de aarde en de bergen worden opgetild en dan in één klap worden verpulverd. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:15 فَيَوْمَئِذٍ وَقَعَتِ ٱلْوَاقِعَةُ
69:15 Op die Dag zal de gebeurtenis plaatsvinden. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:16 وَٱنشَقَّتِ ٱلسَّمَآءُ فَهِىَ يَوْمَئِذٍ وَاهِيَةٌ
69:16 En de hemel zal splijten, dan wordt zij broos. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:17 وَٱلْمَلَكُ عَلَىٰٓ أَرْجَآئِهَا ۚ وَيَحْمِلُ عَرْشَ رَبِّكَ فَوْقَهُمْ يَوْمَئِذٍ ثَمَـٰنِيَةٌ
69:17 En de Engelen zullen zich op haar randen bevinden en acht (van hen) zullen op die Dag de Troon van jouw Heer boven zich dragen. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:18 يَوْمَئِذٍ تُعْرَضُونَ لَا تَخْفَىٰ مِنكُمْ خَافِيَةٌ
69:18 Op die Dag zullen jullie voorgeleid worden, geen van jullie geheimen zal verborgen blijven. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:19 فَأَمَّا مَنْ أُوتِىَ كِتَـٰبَهُۥ بِيَمِينِهِۦ فَيَقُولُ هَآؤُمُ ٱقْرَءُوا۟ كِتَـٰبِيَهْ
69:19 Wat betreft degene die dan zijn boek in zijn rechterhand gegeven zal worden, hij zal zeggen: "Neemt, en leest mijn boek voor. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:20 إِنِّى ظَنَنتُ أَنِّى مُلَـٰقٍ حِسَابِيَهْ
69:20 Voorwaar, ik was ervan overtuigd dat ik mijn afrekening zou ontmoeten." - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:21 فَهُوَ فِى عِيشَةٍ رَّاضِيَةٍ
69:21 Hij zal dan een leven van welbehagen leiden. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:22 فِى جَنَّةٍ عَالِيَةٍ
69:22 In een hooggelegen Tuin (het Paradijs). - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:23 قُطُوفُهَا دَانِيَةٌ
69:23 Haar vruchten hangen nabij. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:24 كُلُوا۟ وَٱشْرَبُوا۟ هَنِيٓـًٔۢا بِمَآ أَسْلَفْتُمْ فِى ٱلْأَيَّامِ ٱلْخَالِيَةِ
69:24 (Er wordt gezegd:) "Eet en drinkt smakelijk wegens wat jullie hebben verricht in de vroegere dagen." - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:25 وَأَمَّا مَنْ أُوتِىَ كِتَـٰبَهُۥ بِشِمَالِهِۦ فَيَقُولُ يَـٰلَيْتَنِى لَمْ أُوتَ كِتَـٰبِيَهْ
69:25 En wat betreft degene die zijn boek in zijn linkerhand gegeven zal worden, hij zal zeggen: "Wee mij! Was mijn boek maar niet (aan mij) gegeven! - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:26 وَلَمْ أَدْرِ مَا حِسَابِيَهْ
69:26 En ik weet niet hoe mij afrekening zal zijn. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:27 يَـٰلَيْتَهَا كَانَتِ ٱلْقَاضِيَةَ
69:27 Was de dood maar de beëindiger van alles. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:28 مَآ أَغْنَىٰ عَنِّى مَالِيَهْ ۜ
69:28 Mijn bezittingen baten mij niet. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:29 هَلَكَ عَنِّى سُلْطَـٰنِيَهْ
69:29 Mijn macht is van mij heengegaan." - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:30 خُذُوهُ فَغُلُّوهُ
69:30 (Allah zegt:) "Grijpt hem en bindt zijn handen om zijn nek. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:31 ثُمَّ ٱلْجَحِيمَ صَلُّوهُ
69:31 En doet hem in Djahîm (de Hel) binnengaan. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:32 ثُمَّ فِى سِلْسِلَةٍ ذَرْعُهَا سَبْعُونَ ذِرَاعًا فَٱسْلُكُوهُ
69:32 Voert hem daarna binnen in ketenen waarvan de lengte zeventig ellen is.'' - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:33 إِنَّهُۥ كَانَ لَا يُؤْمِنُ بِٱللَّهِ ٱلْعَظِيمِ
69:33 Voorwaar, hij geloofde niet in Allah, de Geweldige. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:34 وَلَا يَحُضُّ عَلَىٰ طَعَامِ ٱلْمِسْكِينِ
69:34 En hij moedigde niet aan tot het voeden van de armen. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:35 فَلَيْسَ لَهُ ٱلْيَوْمَ هَـٰهُنَا حَمِيمٌ
69:35 Op deze Dag heeft hij hier geen trouwe vriend. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:36 وَلَا طَعَامٌ إِلَّا مِنْ غِسْلِينٍ
69:36 En er is geen voedsel den etter. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:37 لَّا يَأْكُلُهُۥٓ إِلَّا ٱلْخَـٰطِـُٔونَ
69:37 Niemand eet dat dan de zondaren. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:38 فَلَآ أُقْسِمُ بِمَا تُبْصِرُونَ
69:38 Zo waarlijk zweer Ik bij wat jullie zien. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:39 وَمَا لَا تُبْصِرُونَ
69:39 En bij wat jullie niet zien. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:40 إِنَّهُۥ لَقَوْلُ رَسُولٍ كَرِيمٍ
69:40 Voorwaar, het is zeker het Woord (verkondigd door) een nobele Boodschapper. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:41 وَمَا هُوَ بِقَوْلِ شَاعِرٍ ۚ قَلِيلًا مَّا تُؤْمِنُونَ
69:41 En het is niet het woord van een dichter. Weinig is het dat jullie geloven. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:42 وَلَا بِقَوْلِ كَاهِنٍ ۚ قَلِيلًا مَّا تَذَكَّرُونَ
69:42 En het is niet het woord van een waarzegger. Weinig is de lering die jullie er uit trekken. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:43 تَنزِيلٌ مِّن رَّبِّ ٱلْعَـٰلَمِينَ
69:43 (Het is) een neerzending van de Heer der Werelden. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:44 وَلَوْ تَقَوَّلَ عَلَيْنَا بَعْضَ ٱلْأَقَاوِيلِ
69:44 En als hij (Moehammad) een paar woorden had verzonnen in Onze Naam. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:45 لَأَخَذْنَا مِنْهُ بِٱلْيَمِينِ
69:45 Dan zouden Wij hem met kracht gegrepen hebben. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:46 ثُمَّ لَقَطَعْنَا مِنْهُ ٱلْوَتِينَ
69:46 En dan zouden Wij zijn hartslagader doorgesneden hebben. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:47 فَمَا مِنكُم مِّنْ أَحَدٍ عَنْهُ حَـٰجِزِينَ
69:47 En niemand van jullie zou dat voor hem kunnen verhinderen. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:48 وَإِنَّهُۥ لَتَذْكِرَةٌ لِّلْمُتَّقِينَ
69:48 En voorwaar, hij (de Koran) is zeker een Vermaning voor de Moettaqôen. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:49 وَإِنَّا لَنَعْلَمُ أَنَّ مِنكُم مُّكَذِّبِينَ
69:49 En voorwaar, Wij kennen zeker de loochenaars onder jullie. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:50 وَإِنَّهُۥ لَحَسْرَةٌ عَلَى ٱلْكَـٰفِرِينَ
69:50 En voorwaar, hij (de Koran) zal voor de ongelovigen zeker een oorzaak van spijt zijn. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:51 وَإِنَّهُۥ لَحَقُّ ٱلْيَقِينِ
69:51 En voorwaar, het is een zekere Waarheid. - Sofian S. Siregar (Dutch)

69:52 فَسَبِّحْ بِٱسْمِ رَبِّكَ ٱلْعَظِيمِ
69:52 Prijs daarom de Naam van jouw Heer, de Geweldige. - Sofian S. Siregar (Dutch)